Hierbij een kort verslag van de belevenissen van Team B tijdens de Roparun. Het kan hierbij overigens zijn dat door vermoeidheid de waarheid hier en daar enigszins geweld wordt aangedaan.

Het eerste grote besluit dat in Team B werd genomen, was dat Ben, Danny, Harro en René in alfabetische volgorde zouden starten (Danny: “dus ik start als derde dan?”). Omdat Team B, net als Team A, de Hamburg-Rotterdam-route liep, zouden de etappewissels snel en makkelijk verlopen.
Na de start van Team A te hebben bijgewoond, waarbij Ben vlak daarvoor weigerde om op de teamfoto te verschijnen, konden wij ons nog wat verpozen op het startterrein. Nadat we Christine hadden uitgelegd waar het stuur zat, vertrokken we naar het eerste wisselpunt.
De eerste start van Ben was fenomenaal, waarna Danny op eenzelfde wijze er vandoor ging. Harro begon ook positief, maar omdat we vergeten waren hem te zeggen dat je bij het aantikken nooit op de hiel van de volgende loper moest gaan staan (René in dit geval), ging Harro vol op de hiel van René staan. Een traumahelicopter bleek niet nodig, waardoor het tijdverlies beperkt bleef tot de vooraf al verwachte slakkengang van voormelde loper.
Terwijl Ben, Danny en Harro gelijk lekker in hun ritme zaten, had René nog met wat ongemak te maken, waaronder tot op de knie afzakkende startnummers (zowel voor als achter) en een loopbroek die gedurende de eerste etappe weigerde om niet te zakken.
In busje B ging het direct goed. Christine chauffeurde als vanouds en Miriam vervulde haar rol als bijrijdster, uitstapster en lopersbegeleidster vanaf het begin werkelijk subliem. Een tip voor haar voor volgend jaar zou kunnen zijn om naaldhakken te gaan dragen, zodat degenen in de bus kunnen zien waar zij zich buiten de bus bevindt. Het op de heenweg al geïntroduceerde “Waar is Harro? Hiero!” werd af en toe afgewisseld met “Waar is Harro? Daaro!”, om zodoende verveling en irritatie in Team B tegen te gaan.
Ook ons fietsersgilde kon niet beter. Tamara ploegde als vanouds door de Germaanse en Hollandse dreven, terwijl Otto genoegzaam volgde, ook af en toe voorop reed, en de route nauwgezet in de gaten hield. Verkeerd fietsen en rijden was er eigenlijk niet bij, en daarvoor verdienen beiden een groot compliment!
Op sanitair vlak was er genoeg te beleven in Team B. Zo werd door Ben de ‘pissel’ geïntroduceerd. De pissel? Ja, de pissel… Zie het maar als een gewone wissel, waarbij het gehele team en masse den leuter naar buiten laat kijken, of … (hoe zeg je dat trouwens bij dames?). Er zijn in ieder geval foto’s van. Voor Harro was het ook bijzonder. Omdat hij al lopend én nog geen toeschouwers en feesttenten had mogen aanschouwen, én omdat de aandrang op een gegeven moment groter werd dan de zin om een kilometertje te lopen, besloot Harro vlak voor Dalen even van een dorpshuistoilet gebruik te maken. René verving hem en liep vervolgens in Dalen drie keer met zijn neus in de boter door het geweldige feest daar ter plekke. Harro mocht dit alles vervolgens vanuit het busje aanschouwen, waarschijnlijk enigszins beteuterd (“hier ben ik scheitziek van…”). Danny had ook zijn sanitaire momentje, toen hij eerst onnodig voorbij een checkpoint liep (waar we niet mochten parkeren), en dus licht aangeslagen terug moest lopen. Ook hij ‘moest vervolgens even’ met als gevolg dat een compleet checkpointteam flauwviel. Een bijzondere vermelding verdient Otto: hoewel de berichten elkaar tegenspreken, heeft hij ongeveer om de 200 meter een plasstop gemaakt. De poepstop vond meestal plaats in de camper, onder het toezicht en de welwillende medewerking van Nicole en Berdie. De Duitse Meteorologische Dienst twitterde later dat het grondwaterpeil op het Duitse deel van de route met gemiddeld één centimeter was gestegen. De rest van Team B had ook zijn of haar pisselmomentjes, waarbij de masseurs (afwisselend Suzanne (die is ook zo gek als een deur…) en Edwin (een betere krijg je waarschijnlijk niet) vrolijk meededen. Over René valt sanitairtechnisch niet veel te melden, maar dat is ook niet zo gek, omdat hij altijd al een van de grootste zeikerds van Team B was. NB In het bivak te Exel doken later, via Guy, film- en geluidsfragmenten van Harro op van zijn doorkomst in het Drentse Sleen. Daaruit bleek dat het sanitaire onheil voor Harro zich al daaro aan het aftekenen was.
Mocht de indruk zijn ontstaan dat alles goed ging in Team B, dan is dat ook grotendeels waar, maar er zijn toch wat kanttekeningen te plaatsen. Zo was Tamara direct al voor het begin van de eerste etappe haar boxen en cd-speler kwijt (dankzij René werden ze snel teruggevonden), en was er ook nog een akkefietje vlak na het feest in Zutphen (trefwoorden: lichtjes, frikandellen, Ans, Janneke en Gerco). Om onverklaarbare redenen vielen op een gegeven moment de Roparun-aanwijzingen weg uit de navigatie, dat alles gecombineerd met een onvolkomenheid in het routeboek (van de Roparun zelf overigens) van het kaliber ‘ga naar links’ in plaats van ‘ga naar rechts’ en een zeer slechte telefoonverbinding. Dat leidde uiteindelijk tot een vertraging van ongeveer een uur op de planning en tot geplande finishtijden waar de tranen van in de ogen sprongen. Ondank de verwarring, onzekerheid en kou bleef Team B cool. Slechts hier en daar werd een gefluisterd “Hè, wat is dit ongelooflijk jammer…” gehoord. Christine bleef rijden, Miriam bleef uit- en instappen, Edwin bleef oppeppen, de fietsers bleven fietsen en de lopers bleven lopen. Hoezo, teamspirit?! Wat iedereen overigens verbaasde was dat de haardracht en -kleur van Miriam niet tot verkeersopstoppingen heeft geleid, laat staan tot een stop-and-go of een algehele uitsluiting van Team 310.
De aangedane bivaks voor Team B waren zonder uitzondering geweldig. Bram, Richard, Guy, Berdie en Nicole stonden altijd klaar en het hele team werd gevraagd en ongevraagd van allerlei natjes en droogjes voorzien. Het busje van Harro zorgde ervoor dat iedereen redelijk makkelijk zijn of haar spulletjes kon vinden en vrijwaarde de camper van onnodig in- en uitgeloop, nogmaals, met uitzondering van Otto natuurlijk. Het is en blijft ontzettend belangrijk dat een bivak ‘goed’ is, en dat was ‘ons bivak’ meer dan dat! Beide dames fladderden de camper in en uit en hun lach was voor menig teamlid van B weer een aansporing om verder te (kunnen) gaan. Dat alles onder het toeziend oog van onze onvolprezen teamcaptain Richard en van Bram en Guy. Bivakmassages (bestaat dat woord trouwens?) werden vakkundig door Edwin en Suzanne verzorgd en menig stuk wrakhout heeft daardoor de Coolsingel kunnen halen. Van het trio Richard, Bram en Guy stond er overigens een toe te kijken hoe de andere twee veertig keer anderhalve liter water stonden te tappen, in plaats van één keer zestig liter. Een nadere uitleg hieromtrent kan bij twee van deze heren worden verkregen.
De teamwissels met Team A verliepen gladjes (“ff’s aantikken, José!) en ook dat team is een geweldig team. De gezamenlijke laatste etappe was weer een feest, Geeke fietste voorop en leidde de dans, en de loperswissels liepen gladjes – de lopers ook trouwens…
Hoewel het al bekend was dat we bij de Daniël weer zouden afstappen, werd daar door Tamara met haar zoetgevooisde stem toch nog even nauwgezet op toegezien. Hulde! De finishtijd werd door Aram nog even aangescherpt (er werd op een gegeven moment een tempo van 27,3 km/u gemeten) en de aankomst op de Coolsingel was weer als vanouds. Dat Marco zijn zegen voor volgend jaar heeft gegeven, werd met algemeen gejuich begroet en de aanwezigheid van Bram, Adrie, Ans, Gerco en Janneke maakte het plaatje compleet.
Team B bedankt iedereen van Team 310 voor alles wat zij tijdens deze run voor ons en voor alle anderen hebben gedaan. Zonder Team A geen Team B en zonder bivak en masseurs geen Roparun voor Team 310. De nieuwelingen in Team 310 (Bram, José, Guy, Dick, Aram, Suzanne, Edwin, Harro, Ben, Irena en Otto) hebben het perfect gedaan en de oudjes hebben het gelukkig ook weer gehaald.

 

Bekijk de foto’s van de Roparun

Bekijk de foto’s van de finish